Wet DBA: het handhavingsmoratorium dekt niet alle risico’s af
Er wordt vaak gezegd dat het met de risico’s rondom het inhuren van zzp’ers niet zo’n vaart loopt, vanwege het handhavingsmoratorium van de Wet DBA. Zo’n uitspraak is echter te kort door de bocht. Het handhavingsmoratorium biedt namelijk alleen bescherming op de terreinen van loonbelasting en sociale premies.
Voor opdrachtgevers is het belangrijk om te weten dat het handhavingsmoratorium geen bescherming biedt op andere terreinen dan de heffing van loonbelasting en sociale premies. Is er in feite sprake van een arbeidsovereenkomst met een zzp’er, dan geldt dat het arbeidsrecht op deze arbeidsrelatie van toepassing is. Dit brengt bijvoorbeeld met zich mee dat er een CAO van toepassing is, dat de zzp’er – die dus in feite een werknemer is – moet worden doorbetaald bij ziekte, dat hij recht heeft op vakantiedagen, een transitievergoeding, reiskostenvergoeding etc. De werkende kan – wanneer hem dat zo uitkomt – stellen dat hij een arbeidsovereenkomst heeft en daarover desgewenst een procedure bij de rechter starten. In de praktijk gebeurt dit ook regelmatig. Daarnaast kan het pensioenfonds vorderen dat met terugwerkende kracht pensioenpremies door de opdrachtgever afgedragen moeten worden. Het handhavingsmoratorium is dus maar zeer relatief. Het geldt immers ten dele voor de opdrachtgever in fiscaal opzicht, maar niet voor alle andere wettelijke regelingen die van toepassing zijn op een arbeidsovereenkomst.
Voor de zzp’ers geldt helemaal geen handhavingsmoratorium. Bij hen kan de Belastingdienst oordelen dat hun inkomsten belast moeten worden als looninkomsten en dat zij geen onderneming hebben. Zij kunnen dan geen aanspraak maken op de fiscale faciliteiten voor ondernemers en zij kunnen geen kosten aftrekken.
De Belastingdienst voert in de aanloop naar de beëindiging van het handhavingsmoratorium op 1 januari 2025 de controles inmiddels verder op. De bouwsector is één van de sectoren waar men gaat controleren, naast de zorg en het onderwijs. Het is daarom van belang om vast te stellen of er wellicht sprake is van schijnzelfstandigheid. Het maken van een goede beoordeling is in dit geval best lastig. Een goed contract alleen is namelijk niet voldoende; beslissend is uiteindelijk hoe de praktijk geregeld is.
Meestersgilde is u graag van dienst om u in bovenstaande situaties te ondersteunen. Wij beschikken als gerenommeerde intermediair in de bouwsector over relevante expertise op dit terrein, die wij graag met u delen. Neem voor al uw vragen contact met ons op via 085-4830981.